donderdag 15 januari 2015

Wandelingen door Rome


Van een collega in Duitsland kreeg ik het boek Die Erfindung des Lebens, geschreven door Hanns-Josef Ortheil. Helaas is er nog geen Nederlandse vertaling, maar die gaat er vast komen. Vanaf de eerste bladzijde heeft het boek mij in de greep. In deze autobiografische roman groeit hoofdpersoon Johannes op kort na de oorlog.  Na tragische gebeurtenissen in die oorlog is de moeder opgehouden met spreken en uit loyaliteit met haar besluit de zoon van jongs af aan ook te zwijgen. Tot zijn zevende jaar heeft de zoon niets gezegd. Dan neemt de vader de jongen mee de stad uit en tevens uit de ongezonde symbiose met de moeder. Op lange wandelingen door de natuur leert de vader de jongen spreken. Door met aandacht alles te benoemen wat ze zien in de natuur, leert hij de jongen het systeem van de taal kennen. Eerst schrijvend in een schrift en pas dan ook mondeling. Hij groeit al wandelend toe naar het ontroerende moment dat hij zijn eerste zin zegt. Daarna kan de jongen zijn moeder ook weer ontmoeten en vrij tegenover haar staan. HIj heeft het vermogen van de taal ontdekt, dankzij het vertrouwen en de toewijding van zijn vader.

Wandelen op zoek naar muziek

Deze geschiedenis van zijn jeugd schrijft de schrijver op tijdens een verblijf in de wijk Trastevere in Rome. Hij geeft dan pianolessen aan zijn Italiaanse buurmeisje van 12; op de moeder van het meisje is hij - zij het nog onuitgesproken- duidelijk verliefd. Het meisje is heel muzikaal, een wonderkind wellicht zelfs,  maar mist na heel veel oefenen en diverse leraren plezier in piano spelen. De schrijver/musicus overweegt hoe hij haar plezier in muziek kan laten beleven en haalt haar weg van haar pianokruk en maakt wandelingen door Rome met haar. Hij herinnert zich hoe zijn vader hem ooit plezier in taal en in spreken bijbracht:

Marietta, zei ik, laat ons muziek verzamelen en wel overal waar we haar tegenkomen. En dan gingen we op pad, namen een notenschrift mee, luisterden overal zorgvuldig en schreven in noten op wat we hoorden en wat Marietta beviel. De melodie van een liedje, het ritme van een slagwerk, het geluid  van een dans, de klank van een klok-  dat allemaal verzamelde ik en schreef het op in ons schrift en dan noteerden we erbij wanneer en waar we deze flard van muziek gehoord hadden ( Blz 423, vertaling Aat).

De volgende stap is, dat de schrijver, het meisje en haar moeder naar concerten gaan, niet alleen klassieke, maar het meisje leert ook de tango kennen en de fado en siciliaanse treurmarsen en Latijns-amerikaanse revolutionaire liederen en Russische kerkmuziek. Uit wat het meisje bevalt, componeert de schrijver en musicus stukken voor piano en het meisje ontwikkelt zich in hoog tempo als pianiste. Al wandelend door de stad, maakt zij zich muziek eigen en ontwikkelt plezier in muziek. Het boek eindigt met een openluchtconcert van haar in Trastevere

Die Erfindung des Lebens is een  prachtige roman over  een hechte familie, over het verwerven van taal, over muziek, over wandelingen door de natuur en door de stad Rome. Het is vooral een boek over leren in beweging, in de natuur en in de eeuwige stad.

 

Aat, 15 januari 2015